Nedpack heeft voor
Hochwald Foods de eindverpakkingslijn in de vestiging Bolsward volledig
gemoderniseerd. De palletiseerinstallatie bestaat uit drie palletiseermachines
die de pallets afleveren op een daaronder gelegen pallettransportsysteem dat
zorgt voor transport naar de wikkelstraat en de labeler. Veel aandacht was
hierbij voor de veiligheid. Gert Termaat, software engineer bij Nedpack, kan er
alles over vertellen.
Hochwald Foods heeft
de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in de fabriek in Bolsward waar de
productie van gecondenseerde melk en melkproducten in blik plaatsvindt, zoals
cupjes koffiemelk. De vulinstallaties in dergelijke productieprocessen bereiken
inmiddels zodanige snelheden dat ook in het eindverpakkingsproces forse slagen
moeten worden gemaakt om het vulproces bij te houden. Zo ook in Bolsward, waar
nu maar liefst 60 pallets per uur van de rollerbaan komen.
De
eindverpakkingslijn, die volledig ontworpen en geïnstalleerd is door Nedpack
uit Harderwijk, bevat drie palletiseermachines. Elk van die machines kan
producten verwerken van de drie productielijnen. “De productielijnen van de
palletiseermachines zijn gekoppeld aan een lijnnummer, die vastliggen in MES.
Deze lijnnummers zijn vrij in te stellen op het bedieningspaneel van de
palletiseermachines en het pallettransport. Ook de opzetpositie is vrij te
parametreren”, vertelt Gert Termaat, software engineer bij Nedpack. “De
producten die worden aangeboden kunnen dozen of tray’s zijn, en dan ook nog
eens in verschillende afmetingen en gewichten. De producten worden per order
afgewerkt. Als in de productie een order gestart is voor een productielijn, dan
wordt de palletiseermachine van deze lijn ingesteld op deze order. Deze
instellingen worden door de operator gedaan op het bedieningspaneel bij de
desbetreffende palletiseermachine. Deze instellingen omvatten de
palletiseergegevens, zoals programmanummer, aantal te stapelen lagen,
wikkelprogramma, enzovoorts. De palletiseermachines kunnen met deze gegevens de
producten stapelen op het juiste pallet. Als de pallet vol is, wordt deze getransporteerd
naar het pallettransportsysteem die alle pallets transporteert richting de
wikkelstraat en labeler.”
Crossrunner
Opvallend aan de
installatie is dat de palletiseermachines op een bordes boven het centrale
pallettransportsysteem zijn geplaatst. “De invoer van de dozen en tray’s vindt
plaats op een hoogte van vijf meter, zodat er onder de machines voldoende
ruimte is om de ongeveer twee meter hoge pallets te transporteren. Deze
configuratie, die we bij Nedpack crossrunner noemen, hanteren we omdat je zo
een footprint bereikt die aanzienlijk kleiner is dan wanneer je alles naast of
achter elkaar zet. Een ander voordeel is dat we in een rechte lijn naar de
wikkelaar kunnen gaan. Er zitten geen haakse bochten in het systeem, zodat er
veel minder schokkende bewegingen zijn. De producten op de pallet hoeven alleen
maar te zakken en te rollen.
Deze configuratie is
mede mogelijk door het gebruik van bij Nedpack ontwikkelde componenten, met
name het verticale liftsysteem, de Prorunner. “De Prorunner is is feitelijk een
paternoster lift, maar heeft als unieke eigenschap, die ook gepatenteerd is,
productdragers in de vorm van vorken die maar aan één kant zijn bevestigd aan
het aandrijfsysteem. Hierdoor blijft de vork altijd in een horizontale positie,
zowel bij het omhoog- als het omlaaggaan. Het product, bijvoorbeeld een doos of
een tray, kan derhalve gedurende de hele cyclus door de vork gedragen worden.
Bijkomend voordeel van die vorken is dat de producten eenvoudig op een
rollerbaan kunnen worden geplaatst en er vanaf worden gehaald door de vork
tussen de roller te bewegen. Ook zijn we heel flexibel: niet alleen rollerbanen
in lijn met de lift, maar ook loodrecht erop kunnen worden gevoed en ook de
hoogte, van de liften die overigens beschikbaar zijn in uitvoeringen van 2
meter hoogte tot wel 18 meter, is vrij instelbaar”, aldus Gert Termaat.
Zwart en rood
De omvang van de
installatie en de verschillende machines maken het volgens Termaat
veiligheidstechnisch best complex. “We hebben de hele installatie opgedeeld in
een aantal veiligheidszones, die ieder op een bepaalde manier zijn beveiligd
met hekwerken, deuren en inloopbeveiligingen. Ook vind je in iedere zone rode
noodstopknoppen en zwarte machinestopknoppen.”
De noodstopvoorziening
is centraal uitgevoerd. Deze voorziening is ingebouwd in de schakelkast voor
het pallettransport en is geldig voor de gehele installatie (dus
pallettransport, wikkelstraat en alle drie de palletiseermachines. Alleen de
twee Prorunners MK5, die in twee van de drie aanvoerlijnen worden gebruikt,
zijn voorzien van een eigen noodstopvoorziening. Als één van de rode
vuistslagknoppen wordt geslagen, zullen alle zones achter de centrale noodstop
in veilige stop gezet worden. Het herstellen van dit noodstopcircuit doet men
op de schakelkast van het pallettransport, waarna elke zone weer gestart moet
worden.
De
machinestopvoorziening is lokaal voor elke sectie uitgevoerd. Deze voorziening
is technisch het zelfde uitgevoerd als een noodstopvoorziening met dit verschil
dat men hier een veilige stop per sectie bewerkstelligt door het slaan van de
zwarte vuistslagknop. Als je bij een machine ingrijpt, wil je immers niet dat
de andere machine ook stopt: er valt een keer een doosje, dat wil je opruimen,
dan moet niet direct de hele installatie stilstaan. Een sectie is een
verzameling van een aantal zones, die logischerwijs bij elkaar passen.
Bijvoorbeeld de bovenzijde van palletiseermachine 1 die bestaat uit de veilige
zones toevoer palletiseermachine 1 en bovenzijde van palletisermachine1. In totaal
zijn er 19 veilige zones gedefinieerd die zijn geïntegreerd in 8 machinestop
secties.
De complexiteit van de
installatie brengt ook met zich mee dat elke palletiseermachine, alsmede de
pallettransportbaan is uitgerust met een veiligheidsPLC, in dit geval de
PNOZmulti van Pilz. “Bij stand-alone machines waar misschien drie
veiligheidscircuits inzitten –een noodstop, deur en lichtscherm– is een
veiligheidsPLC te duur, maar in alle overige gevallen, vooral als je lijnen
gaat koppelen, is een veiligheidsPLC een must. We kiezen hierbij nadrukkelijk
voor een apart veiligheidscircuit, dat losstaat van de functionele besturing.
De reden hiervoor is dat aanbieders van geïntegreerde oplossingen de specifieke
know how op het gebied van veiligheid en ondersteuning niet in die mate kunnen
leveren als een specialist als Pilz dat wel doet, zo is onze ervaring althans.”
Alle communicatie verloopt via Profinet, ook tussen de veiligheidsPLC en de
functionele PLC. In de schakelkast van het transportsysteem vind je verder zes
uitbreidingsrelais, twee voor elke palletiseermachine, voor het signaal van de
noodstop en dat van de veilige machinestop.
Eigen hekwerk
De hele installatie is
uitgevoerd volgens het op één na hoogste veiligheidsniveau, PLd. “Dat is
misschien niet voor elke veiligheidszone strikt noodzakelijk, maar voor de
klant is het wel zo duidelijk als er één en hetzelfde veiligheidsniveau wordt
gehanteerd. Toepassing van de risicograaf leert dat er genoeg situaties zijn
waar dat niveau wel vereist is. In de machines zit een lift, die dodelijk kan
zijn. Weliswaar is er bij het plaatsen van de volle pallets op de transportbaan
sprake van een trage beweging, maar een pallet van zo’n duizend kilo, daar ga
ik niet onder staan (en dat kan dus ook niet!). In combinatie met de
waarschijnlijkheid en mogelijkheid tot afwenden van gevaar, kom je dan op PLd
uit.”
De pallettransportbaan
is op verschillende plekken voorzien van vierstraals lichtschermen, die per
zone kunnen worden afgeschakeld. Ook bij toegangspoorten en de in- en uitloop
van de machines zijn verschillende typen lichtschermen toegepast, net als bij
de pallettransportbaan van Pilz. Hier gaat het om tweestraals uitvoeringen, op
500 en 1000 mm, met of zonder muting. Afhankelijk van de pallet kan de operator
‘parallel beam’ of ‘cross beam’ instellen.
Naast lichtschermen
worden ook hekwerken toegepast voor afscherming van de machines. Deze
Securyfence afschermingen zijn bij Nedpack ontwikkeld. “Vaak ging je een
project ergens neerzetten en dan paste het hekwerk niet, omdat er bijvoorbeeld
ergens een leiding loopt of een kolom van het gebouw in de weg staat. Zo’n
hekwerk is vaak een gelast frame dat tussen kolommen wordt geschroefd; wil je
dat aanpassen dan moet je met een slijptol en een lasapparaat aan de slag. Dat
kan ook anders, dachten wij. Securyfence is een gezette mat met een
damwandprofiel waar een buis doorheen gevlochten zit. De buis heeft aan
weerskanten schroefdraad. Door het met een slijpschijfje inkorten van de mat en
de buis past de mat zonder lassen op elke gewenste plek. Dat is heel praktisch.
We plukken daar zelf de voordelen van bij onze projecten, en verkopen het
product wereldwijd via ons zusterbedrijf Qimarox.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten