Slimme fabriek, Industrie
4.0, zelf-controlerende productie - de machinebouw-sector richt zijn blikken
momenteel op de toekomst. Het tempo van innovatie en snellere
ontwikkelingstijden spelen een steeds belangrijkere rol in de wereldwijde
concurrentie. Om technische
processen te vereenvoudigen en de mogelijkheid van hergebruik van de
afzonderlijke units te vergroten, richten ontwerpers hun aandacht op een
modulair ontwerp van machines, ofwel op een mechatronische aanpak.
De mechatronische aanpak vormt een succesfactor voor bedrijven bij
het ontwikkelen van nieuwe fabrieken en machines. De term “mechatronisch” geeft de wisselwerking aan tussen het
“mechanische” en het “elektronische” aspect. Een systeem dat is opgebouwd op
basis van de mechatronische aanpak bestaat in wezen uit modules. Elke module
bevat sensoren, actuatoren, informatieverwerking en een mechanisch basissysteem
(hydraulisch en/of pneumatisch).
Wat betreft de uitdagingen, zal alleen strikt, interdisciplinair
“modulair denken” op de middellange en lange termijn succes opleveren.
Bedieningssystemen spelen in dit geval een belangrijke rol en moeten deze
aanpak ondersteunen. Dit is het punt waar de huidige systemen de grenzen van
hun mogelijkheden bereiken. Enerzijds kunnen er softwaremodules worden
gecreëerd. Als deze echter moeten worden uitgevoerd door krachtige,
gecentraliseerde besturingssystemen, dan wordt de inbedrijfstelling van
afzonderlijke modules behoorlijk gecompliceerd. Anderzijds kunnen lokale
besturingssystemen worden gebruikt voor het automatiseren van de modules. Dit
vergt echter extra inspanning bij het tot stand brengen van communicatie. Het
aantal en de indeling van de besturingseenheden zou dus in het ideale geval
moeten zijn gebaseerd op het algehele mechatronische ontwerp van de machine.
Deze zaken moeten meestal worden opgelost vóór de ontwerpfase, om de
aanzienlijke kosten van latere modificaties te voorkomen.
Het automatiseringssysteem PSS 4000 van Pilz opent nieuwe
mogelijkheden op dit gebied. Door zijn gedecentraliseerde structuur kunnen
beslissingen - zoals de selectie van een PLC die past bij het ontwerp en de
besturingsarchitectuur - worden uitgesteld tot een veel later tijdstip in de
ontwerpfase. Zo kunnen ontwerpers zich concentreren op het ontwerp van de
componenten die benodigd zijn voor het proces; kwesties met betrekking tot
prestaties en structuur spelen een ondergeschikte rol. Terwijl bij de klassieke
automatisering een standalone, gecentraliseerd besturingssysteem de fabriek of
machine bewaakt en alle signalen verwerkt, biedt de PSS 4000 de mogelijkheid de
besturingsfuncties op een consistente wijze te verdelen.
Het automatiseringssysteem PSS 4000 bestaat uit hardware-en
software-componenten zoals real-time Ethernet SafetyNET p en diverse
programmeringseditors die zijn ontworpen om te worden gebruikt in verschillende
sectoren met hun applicatie-gerichte functieblokken. De hardware bestaat uit
systemen van verschillende performance-klassen. Verwerkings- of
besturingsgegevens, faalveiligheidsgegevens en diagnostische informatie worden
uitgewisseld en gesynchroniseerd via het Ethernet. De complexiteit op het
gebied van communicatie wordt verminderd door voortdurend veiligheids- en
automatiseringsfuncties samen te voegen, waardoor de kosten ook worden
geoptimaliseerd.
Bovendien maakt het voor de besturingsfunctie geen verschil waar
het betreffende programma-onderdeel wordt verwerkt. In plaats van een
gecentraliseerd besturingssysteem, werken operators met een gebruikersprogramma
dat tijdens de runtime wordt verdeeld binnen een gecentraliseerd project.
Modulariteit vormt de basis
voor mechatronische werkzaamheden
De Pilz Automation Suite PAS4000 is beschikbaar voor de
software-editors in het automatiseringssysteem PSS 4000. Modularisering is een
belangrijk aspect van deze tool: elementen worden gemaakt op basis van de
basisfuncties; de elementen worden op hun beurt weer gebruikt om modules te
creëren en de modules worden gebruikt om machines en installaties te creëren -
eenvoudig door het nesten van hiërarchische blokken. Basisfuncties, onderdelen
en modules vormen de kern van de software-ontwikkeling en zijn ideaal om te
worden hergebruikt als softwarecomponenten dankzij inkapseling en object-oriëntatie.
Pilz ondersteunt deze procedure ook door het leveren van
software-bibliotheken met daarin de meest voorkomende basisfuncties, onderdelen
en modules. De selectie van kant-en-klare componenten uit bibliotheken is op
zich niets nieuws. Een bijzondere eigenschap van de PAS4000 is dat aan deze
componenten “eigenschappen” worden toegewezen. Hierdoor kunnen de parameters
voor de vereiste functies eenvoudig worden ingesteld. Dit is vooral een
voordeel wat betreft de standaardisatie van functies: voorheen moest de
gebruiker zich afvragen hoeveel functies hij kon bundelen tot een blok zonder
de duidelijkheid negatief te beïnvloeden. In de praktijk was het resultaat
ofwel een groot aantal blokken, of te weinig blokken met een groot aantal
parameters. Bij de PAS4000 is dat anders geregeld. Hier kan de gebruiker zijn
favoriete componenten creëren, waarbij een gebruikersniveau wordt bepaald voor
de toepassing ervan; dit wordt vervolgens gebruikt voor het selecteren van de
verschillende functies. Als gevolg daarvan is alleen de functie zichtbaar als
parameter; het component zelf verbergt alle mogelijke complexiteit en kan
gemakkelijk door de gebruiker worden beheerd.
Parallelle engineering
Het gebruik van componenten biedt een extra
voordeel: het programmeren en het ontwerpen van de hardware kunnen worden
gescheiden en kunnen parallel worden uitgevoerd en niet na elkaar zoals in het
verleden. Het is gebruikelijk dat de ontwikkeling van
software pas van start gaat zodra de machine-specificaties zijn bepaald en de
eerste stroomkringschema’s beschikbaar zijn. Bij het mechatronisch denken en
ontwerpen kunnen de processen worden gescheiden en parallel worden uitgevoerd.
Zodra de machinefuncties zijn gestandaardiseerd door het creëren van
componenten binnen bibliotheken, kan de algemene structuur van de machine die u wenst te bouwen
uiteindelijk worden ontworpen op basis van slechts enige initiële gegevens. De
gedetailleerde functie van een component kan later via de individuele
eigenschappen worden bepaald. De componenten die voor de machine zijn
vereist, kunnen in zekere mate worden afgeleid uit de eerste goedkeuring van
het project door alle betrokken partijen. Gedetailleerde functies kunnen
achteraf worden bepaald via de eigenschappen.
Modules communiceren
Het tot stand brengen en onderhouden van communicatie tussen
gebruikers op een modern machinenetwerk omvat een aanzienlijke hoeveelheid
werk. Mechatronische modules zijn natuurlijk ook hardware-modules en elke
module bevat daarom besturingsgegevens. Daardoor wordt de communicatie tussen
modules, of liever tussen de besturingssystemen van de modules, een belangrijk
aandachtspunt.
Bij de PSS 4000 is de communicatie-instelling niet meer expliciet,
maar impliciet. Ten eerste is alle informatie op gelijke wijze bekend bij en
toegankelijk voor alle netwerkgebruikers.
Ten tweede zijn de communicatiekanalen van de besturingsmodules en
de afzonderlijke modules bekend voor het gehele project en worden onafhankelijk
door de tool ingesteld in overeenstemming met de toewijzing, ofwel de
programma-verdeling.
De mechatronische aanpak stelt grotere eisen aan de
besturingsoplossing. Dat komt omdat veranderingen in de afzonderlijke
onderdelen van de fabriek verstrekkende gevolgen hebben op besturingsniveau,
aangezien programmastructuren op centrale punten van het besturingssysteem
moeten worden gemodificeerd. Toekomstgerichte automatisering vereist daarom
oplossingen die besturingsgegevens kunnen verdelen en die ervoor zorgen dat de
benodigde koppeling van meerdere besturingssystemen gemakkelijk te hanteren
blijft voor de gebruiker.
Wanneer u kijkt naar de levenscyclus van een machine, worden de
voordelen van een mechatronische aanpak duidelijk, vooral in de ontwerp- en
inbedrijfstellingsfase.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten